De achttien volkstuinencomplexen in Den Haag die de Haagse Bond vertegenwoordigd zijn samen goed voor bijna 50 hectare groen. ‘Dat is best wat binnen een gemeente’, zegt bestuurslid Rolf van de Pavert. Met zo’n 1600 tuinders beheert de bond een grote groene ruimte in een stedelijke omgeving. De Haagse Bond huurt grond van de gemeente en de tuinclubs zijn hun onderhuurders.
De tuinen zijn meer dan stukjes grond met sla en tomaten. Van de Pavert ziet ze als belangrijke schakels in de ecologische infrastructuur van Den Haag. Wat hem drijft, is de liefde voor biodiversiteit. ‘Zelfs in verarmde stedelijke omgevingen zijn volkstuinen nog steeds pieken van biodiversiteit. Dat is logisch, als je kijkt naar wat er allemaal leeft.’
Fantastisch succes
Het nieuwe contract met de gemeente is volgens Van de Pavert ‘een fantastisch succes van onze onderhandelaars’. De looptijd is vijftien jaar, met een optie tot tweemaal vijf jaar verlenging, dus in totaal 25 jaar. Tot 2040 zijn deze volkstuinen in Den Haag buiten schot.
Naast huurvoorwaarden zijn er ook kwaliteitseisen vastgelegd, zoals de beperking dat maximaal een derde van een perceel verhard of overdekt mag zijn. Ook ligt vast dat onderhoud van de openbare delen van de complexen ecologisch gebeurt. Door deze clausules kan er beter gehandhaafd worden
Dankzij de nieuwe afspraken ziet Van de Pavert verbetering: de regels over verharding en gebruik van bestrijdingsmiddelen en meststoffen helpen om de tuinen ecologisch gezonder te maken.
Educatie en samenwerking
Ook educatie, samenwerking en integratie met de omgeving spelen een rol. ‘We hebben twee scholen in de buurt en daar organiseren we af en toe wat voor. Dan kunnen ze bij ons onder leiding rondlopen en krijgen ze een tomaat of een appel.’
Daarnaast is er samenwerking met Leiden University College: ‘Op een volkstuincomplex wordt een plek verhuurd aan de universiteit, zodat de studenten daar ook kunnen werken en leren. Ze kunnen hier het bodemleven onderzoeken en ecologisch bezig zijn.’
Waterkwaliteit is eveneens een aandachtspunt. ‘Bijna alle tuinen hebben een soort slotgracht en vaak is dat water van beroerde kwaliteit. Dus zoeken wij samenwerking met een hengelsportvereniging die al een project heeft gehad over het meten van waterkwaliteit door haar leden.’
Wetten nodig
Waar veel steden worstelen met het spanningsveld tussen bouwen en groen, is de samenwerking met de gemeente Den Haag volgens Van de Pavert verrassend positief. ‘De gemeente heeft hier zeker oog heeft voor de waarde van die volkstuintjes.’
Ook politiek is er steun: burgemeester Jan van Zanen is beschermheer van de Haagse Bond. Tegelijk blijft Van de Pavert waakzaam: ‘Mijn gevecht is en blijft, behalve voor biodiversiteit ook bij het ontwikkelen van nieuwe stadswijken volkstuinen als voorziening mee te nemen – net als een bushalte en supermarkt.’
Wachtlijsten
Toch waarschuwt Van de Pavert dat dit pas het begin is. Hij pleit voor structurele monitoring van biodiversiteit, zodat de waarde van de tuinen onderbouwd en zichtbaar wordt: ‘Zodat je bij de gemeente kunt zeggen: kijk, we hebben hier 25 vlindersoorten, we hebben 40 vogelsoorten geteld, wij doen mee in de biodiversiteit.’
Dat hoeft volgens hem niet ingewikkeld te zijn. Zijn motto voor een ecologisch verantwoorde tuin is helder: ‘Een kwart voor de beestjes, driekwart voor mij.’
Hij noemt verder nog één zorgpunt: de wachtlijsten. ‘De komende 25 jaar hoeven we ons over bebouwing geen zorgen te maken, maar wel over het groeiende aantal mensen dat een tuin wil’, zegt hij. ‘Er moeten dus tuinen bij.’
Hij wijst daarbij naar het buitenland: ‘In Engeland en Duitsland is dat per wet geregeld. Je mag daar geen nieuwe stadswijk opzetten zonder dat er een volkstuinpark bij hoort. Dat probeer ik hier ook onder de aandacht te brengen.’
In Utrecht kwam volkstuinvereniging Ons Genot in 2023 in verzet tegen plannen om hun terrein in Overvecht te vervangen door sportvelden. De discussie maakte duidelijk hoe groot de waarde van volkstuinen is. Zowel de gemeente als de tuindersvereniging trekken lessen uit dat proces, vertellen wethouder Linda Voortman en voorzitter van Ons Genot Margriet Jongerius.
Hoe borgen we ruimte voor volkstuinen? Luister hier de nieuwste aflevering van de podcastserie Ruimte Zat!